In Utrecht worden prachtige parken, grote pleinen en groene stroken gebruikt als festivalterrein. Als het warmer wordt buiten, groeien het aantal ‘evenementjes’ als paddenstoelen uit de grond. Heel leuk voor veel bezoekers/deelnemers, maar de omwonenden betalen de rekening.
In april van elk jaar lijkt het erop alsof de deuren naar onze parken en pleinen worden open gezet. De temperatuur gaat omhoog, de jassen kunnen uit en we mogen gaan genieten van de zon. Het is de start van de buitenevenementen, die veel plezier moeten gaan brengen voor de bezoekers. Waar veel mensen echter niet bij stilstaan is de enorme overlast die er ontstaat als zaken niet goed geregeld zijn. De gemeente heeft een heel uitgebreid protocol voor vergunningen, waar iedereen zich aan moet houden. Dit blijkt echter helemaal niet te werken.
Klachten
Veel te vaak komen er klachten binnen bij de gemeente over buitenevenementen. Omwonenden krijgen soms pas achteraf te horen dat er een vergunning is afgegeven. Ze krijgen niet eens de kans bezwaar te maken of worden onplezierig verrast door opbouwdagen. Dan hebben we het nog niet eens over de schade die toegebracht wordt aan bomen, perkjes en hele grasvelden. Het staat allemaal netjes omschreven in de vergunning, het wordt alleen nauwelijks gehandhaafd.
Een omwonende van park Lepelenburg omschreef het heel treffend: ”Vergunningen? Niet nodig. Er is nauwelijks controle en met onze klachten wordt niks gedaan.”
Stadsbelang Utrecht wil dat er veel meer toezicht komt. We moeten de afspraken controleren en handhaven, op het moment dat het evenement plaatsvindt. Achteraf is de schade al geleden en mogen de inwoners van Utrecht hun portemonnee weer trekken om de schade te herstellen. De organisator is dan al weer gevlogen.
